In de moskee deel II

De man heeft een vriendelijke blik in zijn ogen en vraagt wat hij voor me kan doen. Ik zeg hem dat ik hier voor school ben en graag mee zou willen kijken. Daarna mag ik mijn schoenen uit doen. Dit wist ik natuurlijk, maar het voelt best raar. Ik doe bijna nooit mijn schoenen uit, alleen als mensen het vragen. Enfin, ik doe mijn schoenen uit. De man leidt mij rond door de moskee. Overal liggen blauwe tapijten, soms hele mooie en soms gewone blauwe tapijten. Het ruikt een beetje als de Fata Morgana in de Efteling, maar de geur vervliegt snel.

Als ik alles heb gezien, stelt de man zich voor als Zian. Ik mag nu vragen stellen, als ik die heb. “Waarom bidden mannen en vrouwen eigenlijk apart?” vraag ik. Ik probeer voorzichtig te zijn, want ik wil geen domme vragen stellen. “Dat doen we omdat we alle aandacht voor God, Allah, moeten hebben. Als er een mooie man of vrouw voor je zit, dan ga je alleen maar daar opletten. Want je zit hier niet voor een mooie vrouw, je zit hier voor Allah”, vertelt meneer Zian. “Maar is het ook zo dat vrouwen gesluierd moeten zijn? Want dat staat, geloof ik, niet letterlijk in de Koran”, zeg ik. “Jawel, alles staat in de Koran. Vrouwen moeten gesluierd zijn in de moskee en daarbuiten het liefst ook”, zegt meneer Zian. Oops, gelukkig reageerde hij niet op mijn “aanname” dat het toch niet in de Koran staat. Ik denk dat alles met interpretatie te maken heeft.

“Wat vindt u er eigenlijk van dat de Islam zo slecht geportretteerd wordt in Nederland?” vraag ik. “Dat vind ik zo jammer. Er zijn gewoon een paar mensen die uit naam van Allah, ons allemaal zwart maken. Maar dat is de Islam helemaal niet. De Islam is gewoon perfect. Er staat helemaal niet dat we op anderen moeten schieten of dat we anderen dood mogen maken. Maar dat komt ook doordat bijvoorbeeld de Amerikanen in Afghanistan onze kinderen afmaken. Dan gaan Afghanen de Amerikanen weer doodden. Maar dat heeft niets met de Islam te maken”, vertelt hij, “de Islam is zo perfect. Ik ga dadelijk ook niet achter je rug om praten. Dat mag niet eens van de Islam. Dat is toch goed!?” Ik knik, dit vind ik eigenlijk ook wel een geruststelling.

“Zijn er vandaag alleen mannen die komen bidden?” vraag ik. “Ja, eigenlijk wel. De vrouwen mogen van het geloof thuis bidden. Alleen op vrijdag moeten zij naar de moskee”, vertelt meneer Zian. “Waarom is dat zo?”. “Dat weet ik niet, dat staat in de Koran”.

“Trouwens, we beginnen pas om 12.45u. Je had beter op tijd kunnen komen!” zegt meneer Zian. Ik glimlach, ik ben namelijk altijd te vroeg. En ik had al zo’n gevoel dat ik nu echt véél te vroeg was.

Ik neem plaats op een stoel bij een tafel en kijk wat rond. Ik ben nog nooit in een moskee geweest en ik vind het er indrukwekkend uit zien. Het geeft rust, maar ik vind het ook een 1001 nachtenstijl. En daar houd ik echt van. De mannen stromen binnen en gaan allemaal op een stukje van het tapijt zitten. De meesten begroeten me ook of glimlachen even naar me. Ik voel me goed.
De mannen bidden met hun hoofden richting de zon, maar eigenlijk met hun hoofden richting Mekka. Na een paar minuten rond te kijken, komt er een man op me af. Hij ziet er een beetje boos uit en ik ben bang dat hij me weg gaat sturen. “Kom op het tapijt zitten, het is koud!” zegt hij. Zonder nog iets te zeggen, tilt hij mijn stoel op en zet hem op het tapijt. Daarna loopt hij weg. Ik ben helemaal verbaasd. Waarom zijn sommige mensen aardig en anderen niet?!

Dezelfde man begint iets te roepen in het Arabisch. Meneer Zian vertelde mij dat dat afroepen heet en dan moeten alle mannen naar de zaal komen om gezamenlijk te bidden. Opeens gaan er allerlei deuren open en komen er mannen aangelopen. Sommigen op blote voeten, zij hebben eerst hun voeten helemaal gereinigd. Anderen nog met hun jas aan. De imam komt tevoorschijn en de mannen stellen zich op achter hem. De imam roept iets en de mannen zeggen het na, waarop zij bukken, hurken en dan knielen. Dit is duidelijk bidden. Dit duurt zo’n tien minuten. Dan is iedereen klaar. Tijdens de dienst is niemand stil, er gaat zelfs een ouderwetse Nokia-telefoon af, en daarna beginnen de mannen hard te praten en te lachen. Het is een gezellige sfeer.

Bidden in de moskee.

Bidden in de moskee.

Ik zet mijn stoel terug, maar ik heb niet het gevoel dat ik weg moet glippen. Er komt een man mijn kant opgelopen. “Hallo! Ik ben de voorzitter van de moskee”, zegt hij “zullen we even praten?”. Ik vind het prima. Hij leidt me een kamer binnen, die bibliotheek wordt genoemd. Hij legt me uit dat hier alle boeken staan die bij het geloof horen en dat iedereen die mag lezen. Het ruikt er sterk naar de Fata Morgana en ik vind het heerlijk. Ik vertel hem over mijn zoektocht. Hij zegt dat hij me wat presentaties gaat opsturen die ik voor mijn blog kan gebruiken. Zonder namen uit te wisselen, loop ik de kamer uit. Ik voel me zo goed, dat ik gewoon vergeet naar zijn naam te vragen.

Ik trek mijn schoenen snel aan, want het is nog steeds koud. Het is zo gemoedelijk geweest in de moskee, ik glimlach nog steeds als ik op de fiets zit. Maar ondanks dat ik het leuk heb gehad en me meer dan welkom voelde, weet ik niet of ik hier wel in geloof. Ik voel een tweestrijd, de ene Mitzi zegt: Ja, maar het was leuk en het rook lekker! De andere Mitzi zegt: Ja, het was leuk, maarre hoe zit het met de Koran? Geloof je dat? En je sluieren, je haar niet laten zien, je weet zelf ook wel hoe je eruit ziet zonder haar. Ik tem de tweestrijd die zich afspeelt in mijn hoofd en besluit er nog even over na te denken.

Foto: http://www.bertaltena.com/samen-bidden/

4 thoughts on “In de moskee deel II

  1. Mooi geschreven Mitz! Fijn dat je zo welkom was, had ik echt niet verwacht (raar eigenlijk dat je van te voren al zo’n oordeel hebt he..).

Leave a comment